Het was zo’n nacht waarin een herfstige storm in mijn hoofd plaatsvond. De dingen die in nog moet of wil werden als natte bladeren rond geblazen en zorgden ervoor dat ik maar niet goed in slaap viel. Ik probeerde krampachtig alles los te laten met mantra’s als : “je kunt er op dit tijdstip weinig aan doen” en “focus op je ademhaling, ontspan, morgen is er weer een dag”. Niet dat het veel hielp. Uiteindelijk lukte het wel om in slaap te komen maar het voelde alsof ik de hele nacht tegen de wind in langs een strand gelopen had. Vanmorgen bedacht ik me dat dit mijn wandel-dag is. Sinds door Corona mijn werk voor het grootste deel is weggevallen tot ver in het voorjaar van 2021 zit ik veel in m’n hoofd, zit ik überhaupt teveel. Op dinsdag en donderdag en beide weekenddagen begin ik daarom de dag met een stevige wandeling. Om m’n lichaam weer fit te krijgen en m’n hoofd wat tot rust en op orde. Dus, regenjas en wandelschoenen aan en hup, naar buiten, de regen in. Die verwaaide gedachten van vannacht moeten maar even wachten.
En nee, ik loop de eerste kilometers niet juichend te genieten in de druipende regen. Maar na die eerste kilometers verandert er iets. Dan zie ik de voortuintjes met aangestampte lelijkheid niet meer, dan valt de treurigheid van een eenzame robotgrasmaaier me niet meer op, dan zie ik de lucht die net zo grijs is als het asfalt waar ik op loop niet meer. In mijn hoofd loop ik door een decor van een nieuwe film van Alex van Warmerdam waar de robotmaaier een cruciale rol speelt in een familiedrama op een verlaten Hollandse dijk. En zo loop ik mijn loop ik mijn hoofd leger en lichter en tegen de tijd dat ik thuis ben is ook de lucht opgeklaard. De storm in mijn hoofd is gaan liggen. Tijd om de natte bladeren aan te harken.
コメント